Flirten met het Parc National des Pyrénées en Parque Nacional de Ordesa

5-daagse tocht langs hoogtepunten aan beide kanten van de grens
Deze keer geen uitgebreid verslag.
Altijd wat moeite om mijn gedachten aan het papier toe te vertrouwen als ik in gezelschap ben.
Zoveel intenser zijn de ervaringen als je er alleen voor gaat en staat.
Gezelschap lijkt nivellerend te werken.
Het Nationaal park van Ordesa: ik was er al eens geweest maar geenszins bang voor de herhaling. Meer nog dan de vorige keer kon ik echt genieten van de grandeur van dit gebied. Ik hoefde me geen zorgen meer te maken over het terrein. Dat was inmiddels genoegzaam gekend.
De foto’s zijn een flauw afkooksel van wat je zintuiglijk ervaart.
Iedere dag heeft zo zijn hoogtepunten. Het mooie van deze tocht is dat je ook over de Faja de las Flores kan lopen zonder dat je de confrontatie aan moet gaan met de clavijassen vanuit Vall de Ordesa.
Iets wat bijna onoverkomelijk als je vanaf Torla in dit gebied zou willen doordringen
Toch is het niet direct een tocht voor beginners en goed zicht lijkt mij ook essentieel om ze tot een goed einde te brengen.


Periode:
12 september-17 September 2007

kaart:
Editorial Alpina kaart (1:40000) Ordesa/Monte Perdido

fotoalbum


Dag 1:Woensdag 12 september 2007

Met de nachttrein naar Lourdes waar we nog ruimschoots tijd hadden om even wat herinneringen op te halen vanuit mijn kindertijd.
We brachten een bezoek aan “De Grot” waar Maria verschenen zou zijn aan een herderinnetje. Omdat we met volle bepakking heel weinig devotie uitstraalden werden we door de behoeders van de kerk wat op een afstand gehouden.
Hier liggen de wortels van mijn trekkingsmicrobe toen ik ooit als kind met mijn ouders met de nachttrein richting Lourdes trok.
Voor het eerst in mijn leven dat ik een berg zag. In mijn kinderlijke geest ervan uitgaand dat achter deze groene toppen Spanje lag. Toen nog met een rasechte dictator.
En ja, er was ook de daguitstap naar Gavarnie waar we niet verder geraakten dan de souvenir winkels maar ik had wel, midden in de zomer, de toefjes sneeuw gezien.
Inmiddels oud genoeg om niet meer afhankelijk te zijn van mijn ouders en te lopen waar ik zelf lopen wil. Omdat het woensdag was ging er vanaf Luz-Saint-Saveur een middagbus (vol met schoolkinderen) naar Gavarnie.
Misschien goed om weten is dat er bij het pleintje in Luz een buitensportzaak is die allerlei brandstoffen verkoopt. Eens in Gavarnie zijn we direct begonnen met onze tocht. Het was inmiddels ook al rond 13 u.
Na de hotellerie even wat zoekwerk gehad om de aanzet van de klim te vinden. Over l’Echelle des Sarradets om hoog in de cirque onze tent neer te poten. Een royaal grasveldje.



Zoveel beter dan bij Refuge des Sarradets waar je op stenige ondergrond moet staan. De hut is vanaf hier duidelijk zichtbaar.
Stroompje met smeltwater van de alsmaar slinkende gletsjer binnen handbereik.
l’Echelle des Sarradets : Ik heb altijd gedacht dat deze moeilijker zou zijn. Niet de minste problemen ondervonden Wel pittig als opwarmer.

Dag 2:Donderdag 13 september 2007

In de ochtend relax richting refuge, over de stervende gletsjer waarna nog een klassiek stuk volgde door na Breche de Roland richting Taillon te lopen.
Ik had de indruk dat de zwarte kunststofbuis die onder de breche het water afvoert naar de hut om deze van water te voorzien inmiddels opnieuw verlegd is.
Ik zit me te bedenken dat, bij het afsmelten van de gletsjer, water wel eens een probleem zou kunnen zijn in deze buurt.



Le Taillon: waar anderen terugkeerden ‘liepen’ wij door en trakteerden we ons op een erg steile en vermoeiende afdaling over een puinhelling ZW van de Taillon om zo via Llanos de Salarons ons kamp op te slaan bij Aguas Tuertas. Nog maar af en toe hebben we een mens gezien. Gemzen des te meer.
Een andere optie : ik heb er geen ervaring mee, gaat over de graat vanaf de Taillon verder naar beneden richting Collado Blanco waar je via een duidelijk zichtbare route aansluiting vindt op onze route.
Verder kan je na de breche afdalen richting Llanos de Millaris om dan in westelijke richting naar Collado de Salarons te trekken. Van daaruit kan je ook tot bij Aguas Tuertas geraken. Deze route heb ik wel eens gelopen samen met mijn dochter. Ruig maar te doen.



Verder verwijs ik naar de eerste link op het einde van dit verslag.
Het was dit verslag dat de l’Escuzana in beeld bracht waarna ik het plan had om de nacht door te brengen op deze top.
Een top die trakteert op een mooi prentje als de zon vanaf de Monte Perdido ons de dag zou brengen. Mijn kaars was echter uit en er bleef te weinig energie over om nog eens 500m te gaan klimmen.
Verrassend weinig water te vinden op de plek waar het de vorige keer nog rijkelijk stroomde. Toen was het begin juli.
Een dode gems in het water. Om maar te zeggen dat het link is om hier onbehandeld water te drinken.
Aan de ZW kant van deze vlakte bij enkele rotsen zag ik anderen hun kamp opslaan. Korte klim om mij een oordeel te vormen over de grot die zichtbaar was vanaf onze kampplaats. Duidelijk een plek waar er geregeld overnacht werd. Even nog wat in zuidelijke richting gelopen.
Tozal del Mallo kwam in beeld maar hij lag toch wat te ver naar mijn goesting om tot daar af te dalen. Ik heb me dan maar voor een tijdje in het gras gezet om de mooie noordkant van het Valle de Ordesa te bewonderen. Beneden was het pad dat naar de Clavijas de Salarons liep goed te zien.

Dag 3:Vrijdag 14 september 2007


Wat we die ochtend nog niet wisten, de dag is langer geworden dan gepland.
Over de Fajas de las Flores, waarna we onze weg zochten doorheen een kalkstenen woestenij ten noorden van Circo de Cotatuero. Een stuk relaxed dan enkele jaren geleden toen ik hier met mijn dochter liep.
Laaghangende wolkenpartijen gaven het geheel toen een dreigende sfeer.
Goed zicht helpt om je hier een weg te zoeken dwars doorheen een landschap dat je volgens Ton Joosten eerder op de maan zou verwachten.


Verrassend was dat ik de steile klim van de ene naar de andere vlakte nu zonder hulp van anderen heb kunnen overbruggen.
Het blijft toch even spannend om je omhoog te tillen enkel gesteund door de tip van een schoen. (Deze moeilijke klauterpassage is te vermijden door 200m westelijker op een zeer eenvoudige grashelling het hoogteverschil tussen de 2 vlaktes te overbruggen.) Over Collado de Descargador naar Refugio de Goriz.
Plana de San Ferlus langs de noordkant overgestoken.
Zuidelijk van Faja Luenga is er ook mogelijkheid tot bivakkeren. Er is ook hier nog wat water te vinden maar het stroomt al lang niet meer.
In tussentijd getrakteerd op een onweer met wind, regen en hagel.
Ik had sinds vorige keer weet van mooie bivakplekken aan beide kanten van Collata Arrablo. In mijn gedachte zou er nog volop water stromen door de Barranco de Arrablo en daarom werd er bij Goriz niet bijgevuld.Wat een grote fout is geweest.



Het maakt wel degelijk een verschil als je hier begin juli of midden september komt. Er zat dus niets anders op dan verder af te dalen naar Fon Blanca, waardoor onze route die voor morgen op het programma stond niet kon doorgaan.
Ik had gehoopt om deze keer de ‘hoge route’ (ook met GR markering) vanaf Collata Arrablo tot Collado de Anisclo te lopen.
Watergebrek besliste nu anders.
Ook bij de bivakplekjes iets in de afdaling, oostelijk van Collata Arrablo was er (nog) geen water te vinden in de beek.
Persoonlijk vind ik het kamperen bij Fon Blanca minder mooi dan wanneer je nog even de moeite doet een eindje richting Collado de Anisclo te lopen.
Twee terrassen hoger zijn er enkel mooie spots.
Opnieuw fris water in de buurt voor een uitbundige wasbeurt. Enkele jaren eerder stond ik veel korter bij de col.
Zelfs bij Collado de Anisclo zijn er bivakplekken te vinden. Er is gedurende de klim nog redelijk lang aan water te geraken.

Dag 4:Zaterdag 15 september 2007

In de ochtend werd het laatste stuk tot Collado de Anisclo afgewerkt waar het enkel op’t einde even wat pittiger omhoog ging.



Dan steil maar relatief ongevaarlijk richting Vall de Pineta om halverwege over de Faja de la Tormosa naar onze eindbestemming te trekken. Tegen het eind van de dag zouden we onze tent opslaan ergens aan de zuidkant van Lago de Marboré. Nog voor je de Faja bereikt is er op de gr11 route een kleine bron te vinden die nog ‘volop’ water gaf. In mijn gedachte was het ontspannen lopen over de Faja maar dat bleek flink tegen te vallen.
Erg golvend, soms wat ruig. Nog voor we de waterval bereikten die vanaf Balcon de Pineta naar beneden viel zijn we van het pad afgeweken en hebben we zelf onze weg gezocht om aansluiting te vinden met het zig-zag pad dat vanuit het dal naar het groene meer gaat.



Zo moet minder worden geklommen. De vorige keer toen ik hier met mijn dochter en haar vriendin was stroomde er teveel water door deze beek om ze fatsoenlijk over te kunnen steken. Ik was verrast dat er toch nog vrij grote bivakplekken te vinden waren aan de zuidkant van Lago de Marboré om onze tent op te zetten.

Dag 5:Zondag 16 september 2007

De volgende dag was het plan om Monte Perdido te beklimmen vanaf zijn noordwand. Omhoog zou nog zijn gegaan maar om die steile rotswand in de afdaling te nemen, dat durfde ik niet aan. Het weer was ook erg onstabiel geworden. De top zat voornamelijk in de mist en af en toe regende het.



We hebben dan maar opgebroken en zijn doorgetrokken naar Gavarnie. Ik had nog enkel euro’s op zak en die heb ik in de geldkoffer gestoken die in Refuge de Tuquerouye was ingemetseld. Dat hadden ze nog tegoed van een vorige keer. Het was er nog druk binnen. Voornamelijk Spanjaarden met hun klimtuig. Buiten hangt er een mestgeur.
Er wordt niet veel moeite gedaan om enigszins op afstand zijn behoefte te doen. Zeker aan franse kant is het erg gesteld.
Hourquette d’Alans nodigde uit voor een pauze. Een hoek waar je gegarandeerd vale gieren kan spotten. Het was deze keer niet anders. Vroegere berichten over de camping aan de zuidkant van Gavarnie waren niet positief. Onterecht De wasplaatsen lijken nog niet zo lang geleden vernieuwd te zijn.

Dag 6:Maandag 17 september 2007

Op onze reservedag ben ik teruggekeerd richting Hourquette d’Alans om, nog een heel stuk voor deze col, het pad te nemen richting Pimené.



Tejo bleef beneden en had zich tegen de middag bij Cabane de Pouey d’Aspé in het gras gezet voor een picknick terwijl hij met zijn verrekijker de noeste klimmer in het vizier kreeg die zich een weg zocht naar de top.
Ik heb mij nog moeten reppen om voor het onweer terug in het dorp te zijn. Onderweg nog even binnengesprongen in Refuge des Espuguettes .



Voor de huttenwaard zat zijn seizoen er alweer op. Enkel het winterruim was nog open.
Niet alleen voor de huttenwaard want het viel op dat in de avonduren de straten van Gavarnie erg doods leken.
Het lijkt dat het begin van de winterslaap er staat aan te komen en na vandaag waarschijnlijk ook voor mij.

Conclusie

De scènes waar je doorheen loopt zijn indrukwekkend.
Hier kom je in contact met de grootsheid van de Pyreneeën.
Eigenlijk zou je deze tocht pas moeten gaan lopen als je eerst wat andere gebieden hebt verkend in de Pyreneeën want het gevaar zou wel eens bestaan dat je na deze tocht de andere delen mogelijk saai gaat vinden en dat is onterecht.
Soms moet je de charme ontdekken en komt de verwondering onverwacht.
Hier is dat niet zo.
Iedere dag is een visueel spektakel.
Let een beetje op de planning van de watervoorraad.
Dat zou later op het seizoen wel eens een probleem kunnen zijn.

Links:

Transport:
Treinplanner
Plaatselijk vervoer
Beelden en ideeën van anderen:
Escuzana
Balcon Gavarnie
Casque

Reacties

Populaire posts